230a-ruimte/Redelijkheid en billijkheid/Afbreken onderhandelingen
7:230a BW, 230a-ruimte, redelijkheid en billijkheid, Afbreken onderhandelingen, Totstandkoming huurovereenkomst
Het afbreken van de onderhandelingen door gedaagde was onrechtmatig omdat het gedaagde, in de fase waarin de huurovereenkomst voor ondertekening gereed lag, niet meer vrij stond de onderhandelingen af te breken. Eisers worden in de gelegenheid gesteld de door haar gestelde geleden schade nader te onderbouwen.